Naga

Naga

In de mythologie van India, China, Vietnam, Laos en Thailand vinden we talloze goedaardige slangen. In Thailand heten ze naga's. In de mythologie rond de Mekong-rivier zijn het de naga's die de rivieren hebben geschapen. In de moderne boeddistische versie zijn het de naga's met zeven of negen koppen die de Boeddha beschermen.
Vooral in Noordoost-Thailand vind je zulke gigantische beelden, maar ook in de rest van Thailand is er altijd wel een slang op het dak die de tempel beschermt. In de decoratie op het dak, bedoel ik dan.

Sjon Hauser heeft een goed boek geschreven over de verering van naga's rond de Mekong, en een artikel over toeristische slangenverering in Nong Khai. In de Thaise traditie zijn de slangen altijd goedaardig, maar je moet ze niet provoceren zeggen veel mensen. Mensen die de rivier oversteken geven de naga's in de rivier eerst een beetje rijst; mensen die in de buitenlucht voor zichzelf gaan drinken geven eerst een klein scheutje aan de boom. In de praktijk van cafés in de stad gebeurt dit steeds bij de eerste klant.

In de Indiase traditie zijn er Nagarani en Nagarajan, en dat zijn slangen die zowel goed als kwaad kunnen vertegenwoordigen. In oude Sumerische teksten en tekeningen vinden we Ningishzida: een oud symbool van twee verstrengelde slangen: één goed, één kwaad.
In Griekse mythologie is er Hydra, en dat is één kwaadaardige slang met negen koppen. Vanuit Hydra is er de connectie met de Bijbel en het hof van Eden. En hier wordt het ineens interessant. Wie is toch die slang?

De slang verleidt Eva met de verboden vrucht. Eva accepteert het. Ze biedt het aan aan Adam, die accepteert het ook. Adam en Eva gaan verschillen zien tussen goed en kwaad die ze vroeger niet zagen, en al heel snel worden ze verbannen uit het Hof van Eden.

Wat kan dit überhaupt betekenen?

Bij het lezen van zo'n tekst is het vooral de taak om het niet letterlijk te nemen, als een verhaal over een vrouw, of de vrouw. Het is veel meer te zien als metafoor.
De ziel is symbolisch altijd vrouwelijk, en dat maakt ruimte voor de interpretatie waarbij de ziel (vrouw) wordt getest (verleid) om te incarneren in de fysieke werkelijkheid. En dus: dualiteit.
Licht en duisternis is een aspect van onze fysieke werkelijkheid. Immers: zonder licht en duisternis kunnen we onmogelijk leren. Het is slechts een setting die deel uitmaakt van de test. Onze fout is dat we de test zijn gaan verwarren met alles wat er is.
Aanwijzingen voor deze interpretatie zijn te vinden in afbeeldingen uit het oude Egypte, waarbij we zien dat de ziel een reis maakt op de rug van een slang temidden van de sterren. Het idee is dan dat de ziel na die reis deel uitmaakt van de mensheid, gesymboliseerd door Adam. (zie ook het werk van Joe Panek en John Anthony West)

Deze interpretatie maakt ruimte voor een meer goedaardige slang, en dat is precies wat we zien gebeuren in de gnostische mythologie. De goedaardige slang staat naast de hoofdpersonen Adam, Eva en een (valse) God. Adam en Eva worden in dit verhaal gered uit de onwetendheid door de slang. De slang is de held, de Demiurg is de boosdoener.
Ongeveer een vijfde van het gnostische materiaal uit Nag Hammadi gaat over de Demiurg, de valse God die uit is op onze ziel. Het is de Demiurg die ons betovert, en die ons wil doen geloven dat we enkel materie zijn zonder geest ("Stof zijt gij!"). De slang daarentegen geeft diepere wijsheid over goed en kwaad, waarmee we sterker kunnen zijn dan welke kwaadaardige kracht ook.
Verwarrend voor ons is natuurlijk dat die kwaadaardige kracht in de gnostische mythologie ook de vorm heeft van een draconisch type, de archontische indringer.

Een goedaardige slang, én een kwaadaardige slang. De eerste is thuis in onze natuur, de tweede niet. Hoe zie je het verschil? Er zijn volgens mij twee interpretaties van de gnostische variant met de goede slang.

De eerste is een link met het Indiase symbool Kundalini. Zoek op Kundalini, en je vindt een hele school van Yoga-beoefenaars. Voor hen is Kundalini een verborgen kracht in jezelf die je via meditatie kunt vinden en gebruiken. Kundalini huist in je energielichaam, en heeft altijd de vorm van een slang, net als onze ruggenwervel. Mensen kunnen zich met gebruik van innerlijke wijsheid zichzelf beschermen tegen misleiding in de buitenwereld. De kwaadaardige kracht komt namelijk niet op dat niveau.
Een iets magischere uitleg gaat over dezelfde Kundalini maar dan in de aarde, een soort magnetische levensgolf tussen twee polen. De New Age-traditie (Melchizedek) gaat er vanuit dat die golf zich sinds 2002 aan het verplaatsen is van India naar Chili. (De Kundalini van de aarde na 2012). De aarde is in die traditie een levend organisme, de slang maakt deel uit van het energielichaam van de aarde.

Een tweede interpretatie gaat over de sterrenhemel (zie Santos Bonacci). Eva is het enige vrouwelijke sterrenbeeld: de Maagd, en die waakt jaarlijks over de laatste periode waarin de dag langer is dan de nacht, vlak voor de equinox van 21 september.
Het 13e sterrenbeeld, de Slangendrager (verstopt tussen de Schorpioen en de Boogschutter) wijst met de kop van de slang altijd precies in de richting van het sterrenbeeld Maagd. Volgens Bonacci staat Eva voor het sterrenbeeld Maagd.
Het is ieder jaar weer het lot van de Maagd dat ze zich laat leiden door de Slangendrager. Vanaf dat moment duurt de dagelijkse duisternis langer dan het licht. De slang is dus gewoon te vinden in de sterrenhemel, en er is niets kwaadaardigs aan. Dankzij de slang leren we de volledige boom van het leven, waarin er naast de dag ook nog zoiets als een nacht bestaat, en vandaar dus: goed en kwaad. De heren achter de oorspronkelijke teksten waar Bijbel zich weer op baseert waren uitstekende astronomen.

Het oude testament geeft een weergave van veel oude mythologieën  maar we kunnen niet ontkennen: op dit punt is één en ander echt op sluwe wijze de nek omgedraaid. De slang is de duivel geworden. 
Ja, er waren oude mythes met een rol voor satanische reptiel, maar dat was niet de reptiel die de interactie had met Eva. Wat Genesis dus doet, is de ultieme verwarring creëren. Satanische reptielen zijn in alle tijden ook erkend, maar zij stonden buiten de schepping van de mens.  

En die verboden vrucht? Het lijkt erop dat die wel degelijk deel uitmaakt van ons verhaal. Vóór de tijd van georganiseerde religie was de verboden vrucht dé manier om zicht te krijgen op de vragen van een meer diepgaande aard, ons lichaam, onze ziel, de band tussen mens en natuur. Die vrucht was de hallucinerende paddestoel. Het waren de sjamanistische ceremonies die mensen een en ander zelf deed ontdekken. Als er iets is waar deceptie niet bij kan komen, zijn het wel zulke ervaringen. Het is de georganiseerde religie die dit juist wilde verbannen, anders hadden zij zo weinig meer te doen. Er zijn in ieder geval oude tekeningen van Eva omringd door paddo's, die deze interpretatie ondersteunen. Maar uiteraard past het ook bij de gnostische kijk op de Demiurg: de valse God die boos wordt en ons verbiedt om zelf op onderzoek uit te gaan.

Geloof in een zorgende schepper brengt je bij de gnosten, geloof in een schepper die boos kan worden brengt je bij georganiseerde religie. Bedenk wel dat de gnostische schepping het ultieme mikpunt was van vervolging, terwijl de variant die we zijn gaan kennen uit Genesis 2000 jaar lang werd gepromoot.


Ningishzida
Hydra
Kundalini

Geen opmerkingen: